Ondersteuning


Op deze pagina geven we tips aan coaches en trainers.

Trainers

1. Voorbereiding van de training:

  • Thuis: bereid training voor op papier. Zorg voor alternatieven (moeilijker en makkelijker).
  • Zorg ervoor, dat de training duidelijk in steekwoorden op papier staat: aan hele verhalen heb je niets. Gebruik de schema’s in de Jeugdplanmap.
  • Neem de tijd voor je voorbereiding: een half uur tot drie kwartier minimaal.
  • Verwerk de eventuele aanwijzingen van je coördinator in je training.
  • Zorg voor genoeg oefenstof thuis. Ook op internet staan veel oefeningen.
  • Zorg dat je binnen de oefeningen variaties aan kunt brengen.
  • Zorg voor een fluitje.
  • Neem je eigen stick mee.
  • Zorg dat je in trainingskleren op het veld verschijnt.
  • Neem droge jas / broek mee als het regent.
  • Wanneer het erg hard regent, neem dan contact op met de training coördinator voor de staat van het veld. Training op eigen houtje afgelasten is verboden.


2. Tijdens de training:

  • Zorg dat je op tijd bent (minimaal een kwartier van te voren)
  • Zoek op tijd je materialen bij elkaar.
  • Zet je oefeningen op tijd uit (bijvoorbeeld tijdens het inlopen van het team)
  • Ga je oefeningen uitleggen op het midden van het veld, weg van de boarding en weg van de dug-out.
  • Praat niet te lang, maar zet kinderen aan het werk.
  • Stuur lastige kinderen niet naar huis, maar laat ze in de dug-out plaats nemen of laat ze rondjes lopen.
  • Loopt het echt uit de hand, zoek dan versterking bij andere trainers op het veld.
  • Zorg dat je eventueel ook de ouders kunt bellen (bellijst!).
  • Bij onweer; altijd van het veld af. Bij regen en koude; houd ze in beweging
  • Wanneer de training afgelopen is, zorg dat je als laatste van het veld af gaat. Ruim alles netjes op rondom het veld.
  • Bespreek je training eventueel met je coördinator en vul de evaluatie van je training meteen in. 


3. Naast de training                                                                         

  • Bezoek eens een wedstrijd.
  • Zorg dat je regelmatig contact hebt met de coach
  • Leg de coach uit, hoe je getraind hebt, en waar hij op dient te letten in de wedstrijd. Met het jeugdplan is de training de leidraad.
  • Bij calamiteiten: licht je trainingscoördinator in. Deze zal beoordelen of de jeugdcommissie of de technische commissie ingeschakeld wordt. Zorg dat je het nummer van je trainingscoördinator bij de hand hebt.
  • Ook wanneer je problemen met ouders hebt, is de trainingscoördinator de eerste persoon, die je aan dient te spreken.
  • Wanneer je problemen met de trainingscoördinator hebt, meld dit dan bij de Technische Commissie.
  • Zorg ervoor, dat je de trainersbijeenkomsten van de technische commissie bezoekt; ze zijn er om je op de hoogte te houden van de nieuwe ontwikkelingen, en tegelijkertijd blijven zij op de hoogte van jouw verrichtingen. Hoe beter het contact is hoe eerder eventuele onregelmatigheden opgelost kunnen worden.
  • De relatie tussen trainer en speler dient professioneel te blijven.


Extra voor trainers


Op dit moment hebben we voor alle trainers een inlog bij www.hockeyplatform.nl.

Meer informatie hierover bij de training coördinator.

E-learning: een beetje opvoeder

Media tips:

Als trainer kun je het verschil maken. Je wilt dat je spelers plezier hebben en hun talenten volop ontwikkelen. Of je nu beroepstrainer bent of een ouder die onverwacht langs de lijn staat, je doet het veel beter als je weet wat je wilt bereiken en hoe je dat kunt aanpakken. Mauro van de Looij, ervaren jeugdtrainer, geeft je in dit boek praktijkervaringen en wetenschappelijke inzichten over motivatie, selectie, trainen en coachen. Hij neemt je mee langs vragen als: Hoe belangrijk is winnen eigenlijk? Wat is jouw invloed op de motivatie van je spelers? Hoe herken je talent? En wat zeg je in de rust? Dit boek helpt je om jouw visie en stijl verder in te vullen. Als trainer, coach en leider. Mauro daagt je uit tot het creëren van een prestatiecultuur waarin de persoon op nummer 1 staat. Mauro van de Looij is sport- en prestatiepsycholoog.

Hockeyoefeningen voor Veld en Zaal van Marc van Geest staat vol met vele leuke, leerzame en uitdagende oefeningen en partijvormen. Het boek bestaat uit twee delen: een zaaldeel met ongeveer 70 oefeningen en een velddeel met ongeveer 120 oefeningen. Er is een onderverdeling gemaakt in 5 verschillende moeilijkheidsniveaus. Van basisoefeningen die op elk niveau te trainen zijn, tot meer complexe tactische oefeningen die zelfs op het hoogste niveau uitdagend blijven.

Coaching


De coach jongste jeugd heeft drie taken:

1. Organisatorische taak
2. Wedstrijdbegeleiding
3. Vormende taak

Het is belangrijk om regelmatig de internetsite van de hockeyvereniging te bekijken. Aan de hand van het wedstrijdschema kan de coach een rijschema maken voor de ouders. Namen, adressen en telefoonnummers van de kinderen noteren en de coach geeft zijn telefoonnummer aan de kinderen. Eventueel een bijeenkomst met de ouders beleggen om over verschillende zaken te praten bijvoorbeeld belang van positieve inbreng van de ouders, afmelden, clubuniform, scheenbeschermers, bitje, aanvoerder neemt fruit o.i.d. mee voor in de pauze etc. Ook dient een coach op de hoogte te zijn of een kind bijvoorbeeld astmatisch is, of last heeft van hyperventilatie, allergieën etc.

 

Wat neemt de coach mee:

  • Grote vuilniszak om jacks etc. in te doen bij regenachtig weer.
  • Een tasje met EHBO spullen (pleisters, jodium).
  • Elastiekjes, haarspeldjes, reserveveters.
  • Keepertas
  • Een tas met oefenballen en fluitje.
  • Tasje om horloges en sieraden, geld in te doen.

 

De Wedstrijd:

  • Een half uur voor de wedstrijd aanwezig zijn.
  • Korte teambespreking, wie gaat waar staan, plaatsen uitleggen, ook aandacht voor de keeper. Belangrijke regels nog even doornemen: gevaarlijk spel, hakken, sticks, strafcorner (alleen bij 8-tallen).
  • Aanvoerder aanwijzen en vertellen wat zijn/haar taak is bijvoorbeeld spelleider bedanken, verslagje van de wedstrijd maken, team aansturen bij de warming-up
  • Coach van het bezoekende team ontvangen, koffiebonnen uitdelen, samen afspraken maken met de spelleider.
  • Wie neemt de vrije slagen, de inpush (bal over de zijlijn) de lange corner. Bij 8-tallen wie geeft de strafcorner aan, wie stopt en slaat in, wie lopen er uit etc.
  • Warming-up: tikspel of overlopen in estafettevorm met stick en bal.
  • Ook de keeper inspelen.
  • Tijdens de wedstrijd positieve aanwijzingen geven. Niet te veel instructies, twee aanwijzingen is voldoende.
  • Laat de kinderen spelend leren.
  • Onder de rust van keeper wisselen.
  • Na de wedstrijd samen veld opruimen en met tegenspelers limonade drinken. Wedstrijdformulier zorgvuldig invullen. Houd wedstrijdnummer bij de hand.

 

Hockey is een teamsport. Kinderen moeten plezier beleven aan het spel en leren om op een sportieve manier te winnen of te verliezen. Het winnen of verliezen is minder belangrijk. Kinderen moeten ook leren dat schelden, op medespeler of tegenspeler of spelleider of grof spel een wedstrijd er niet leuker op maakt. Iedere speler is op zijn plaats belangrijk, niet alleen het kind dat de goal maakt. De sport is een goed middel om kinderen sportief op te voeden en sociaal gedrag aan te leren.

 

De coach heeft hierin een voorbeeld functie.

 

Groot verschil in speelsterkte

 Bij het samenstellen van de teams bij de jongste jeugd wordt nog niet echt geselecteerd op speelsterkte. Toch kan het voorkomen dat er bij een wedstrijd een (erg) groot verschil in speelsterkte zijn tussen de beide teams. Op een uitslag van 30 – 2 zit eigenlijk niemand te wachten en is voor de spelers ook niet leuk, niet van het winnende team en zeker ook niet van het verliezende team.

 

Enkele maatregelen die, samen met de coach van de tegenpartij en de spelleider kunnen worden genomen zijn:

  • Strenger fluiten voor de sterke partij/ Minder streng fluiten voor de zwakkere partij.
  • Opstelling wijzigen, niet alleen je sterkste team neerzetten.
  • Leg spel stil, time out en leer de spelers wat te doen bij bijvoorbeeld uitverdedigen.
  • Geef de spelers duidelijk de taak die bij hun positie hoort.
  • Grijp in als ze die taak niet goed uitvoeren (wie neemt waar een vrije slag, enz.)
  • Laat de sterkere partij vaker overspelen voor het scoren.
  • Belangrijk is dat de coach van het “sterkere” team meewerkt!

 

Let op: het blijven lapmiddelen maar met creatieve hulp van coaches en spelleiders kan een wedstrijd toch plezierig worden afgesloten.

Media tips:

Digitaal coachbordje: Tactisch Bord Hockey (app, beschikbaar voor Android en Apple)

Marc Lammers is al vanaf jonge leeftijd een hockeyfanaat. Hij speelde ruim tien jaar op het hoogste niveau en bekwaamde zich als tiener ook in het vak van trainer-coach. Als bondscoach won hij met het Nederlandse dameshockeyteam in 2004 de zilveren Olympische medaille en in 2008 Olympisch goud op de Spelen in Beijing. In 'Yes! Een crisis' vertelt hij over de heilzame werking die crisissituaties kunnen hebben op een groep mensen. Aan de hand van tal van concrete praktijkvoorbeelden laat hij zien dat elke crisis nieuwe mogelijkheden en uitdagingen biedt.

Wedstrijd analyses


We maken op veld 1 gebruik van Inmotio; 360 sport intelligence. Meer informatie via [email protected]

Share by: